Popzangeres Madonna heeft ze in dienst: ‘DNA-verwijderaars’, werknemers die na gebruik discreet haar hotelkamer ontsmetten. Dat dit een uitzondering is, merkt kamermeisje Jojanneke* (33) dagelijks. ‘Ik dacht dat mensen die honderden euro’s betalen voor een hotelkamer beschikten over goede manieren.’
“Mijn werkgever weet niet dat ik dit interview geef. Hij is als de dood voor slechte publiciteit, want volgens hem komen hier alleen maar nette mensen. Callgirls, gangsters of dealers zijn hier nog nooit gezien, houdt het management de buitenwereld voor. En kwebbelend personeel willen ze niet. Collega’s van me in Amsterdam, bijvoorbeeld bij het Waldorf Astoria, moeten zelfs geheimhoudingsverklaringen tekenen. Daarom noem ik uit respect liever geen namen tijdens dit interview. Want het is waar dat je veel ziet als kamermeisje. Heel veel zelfs.”
OPGEZETTE FRET
“Vroeger leek het me een romantisch beroep, kamermeisje. Niet dat ik er ooit over fantaseerde om er een te worden, maar door de recessie lagen de banen niet voor het oprapen. Zelfs niet voor een jonge Hollandse meid met een mbo-diploma. Ik twijfelde dan ook geen seconde toen ik als kamermeisje aan de slag kon in een luxe vijfsterrenhotel. Met de gesteven schorten van de kamermeisjes uit Dowton Abbey in gedachten en stiekem ook de romantische film Maid in Manhattan met Jennifer Lopez, zag ik een bepaalde charme van het werk. Ik zou kunnen kijken in de wereld van glitter en glamour. De wereld van kostbare lakens van Egyptisch katoen, slingerende Rolexen en designerkleren over stoelleuningen. Toen dacht ik nog echt dat gasten die honderden euro’s betalen voor een nacht in een suite vaak van goede komaf zijn en beschikken over uitstekende manieren. Zeven jaar werk ik nu als kamermeisje. Vrijwel dagelijks loop ik in en uit een kleine honderd hotelkamers, langs verzilverde kandelaars en over dik hoogpolig tapijt in de gangen. Overal waar ik kom ademt een sfeer van elegantie en klasse. Maar intussen heb ik ontdekt dat de waarheid toch echt héél anders is dan ik ooit voor mogelijk hield.
Rijke mensen hebben vaak vreemde gewoontes of speciale wensen. Een collega vertelde me dat een man ooit 50 flessen champagne in de kamer had laten afleveren. Hij wilde het bad ermee vullen en zijn vriendin daarin ten huwelijk vragen. We vonden het allemaal zo spannend, dat we stiekem nog een schaal bonbons op de kamer hebben gezet. Toen de dame in kwestie de volgende dag stralend en met een knots van een ring om haar vinger kwam ontbijten, waren we allemaal opgetogen, alsof we er zelf bij waren geweest. Geurkaarsen van Dyptique worden ook regelmatig gevraagd. Of mensen willen een bepaald soort bloemen, zoals witte rozen. En laatst stond op de grond in een hotelkamer een keukenschaal gevuld met water en daarnaast een leeg porseleinen dinerbord van zo’n zestig euro per stuk. Het bleek een hoofdgerecht te zijn geweest. Een nogal chique Franse dame had het besteld voor haar schoothondje: voor Fifi waren alleen gepureerde biologische groenten met in kleine stukjes gesneden ossenhaas goed genoeg.
Ook nemen veel mensen parafernalia mee om zich op hun gemak te voelen in hun hotelkamer. Regelmatig zie ik fotolijstjes met kinderfoto’s erin. Meer bijzonder vond ik de opgezette fret die me ooit aanstaarde vanaf het nachtkastje. Het gekste wat een gast ooit meebracht was een urn vol as. De weduwe van die meneer, een nogal excentrieke Amerikaanse gekleed in oosterse gewaden, had het gelukkig vooraf doorgegeven, maar ik vond het nog steeds heftig. Het was telkens een beetje ongemakkelijk om haar kamer weer binnen te gaan en de urn te zien staan naast een trouwring en een fotolijstje van de beste man zelf.”
VARKENSSTAl
“Het is echt een misverstand dat rijke mensen per definitie goed zijn opgevoed. Natuurlijk zie je ‘s ochtends bij het schoonmaken van de kamer weleens dat er al iemand met een handdoek door het bad is gegaan maar dat is meer uitzondering dan regel. Ik vermoed dat de meeste van onze gasten thuis een huishoudster of in ieder geval regelmatige huishoudelijke hulp hebben, want sommige taferelen misstaan niet in een varkensstal. En écht net alleen bij jonge mensen! Remsporen in de toiletpot, soms zelfs óp de bril, bloedspetters op de badkamerspiegel, ondefinieerbare smurrie op het tapijt naast het bed of op het behang, of afval dat overal wordt neergegooid behalve in de prullenbak een meter verderop. En natuurlijk zijn er ook nog de grapjurken die de kofferlabels van vliegmaatschappijen op de spiegels plakken.
Soms fantaseer ik hele verhalen over wat er op een kamer gebeurd is, maar vaak wíl ik het niet eens weten. Dat heb ik vooral als er een hangover-party is geweest: het vrijgezellenfeest naar de beruchte film. Een groep opgeschoten vrienden in ribbroeken en colbertjasjes komt samen in een kamer en geeft er een wild feestje waarna het personeel de ravage mag opruimen. Kapotte stoelen, smerige vlekken op bed, braaksel in de badkamer en natuurlijk de champagnekoelers met lege flessen erin. Soms nodigt een gast weleens een meer dames van plezier uit in zijn kamer. Dat is natuurlijk geen probleem, maar wat ik minder vind is dat je soms ruikt dat een kamer daarvoor gebruikt is. Er hangt dan een sterke sekslucht. Net als zoals de geur van sigaretten of sigaren en soms zelfs cannabis door de hele kamer trekt. ‘Daar gaat weer een kookwasje’, grappen mijn collega’s weleens als we zo’n kamer weer fris maken. Toen ik hier nog niet zolang werkte, herkende ik dit soort dingen nog niet zo goed. Wat een luie gast heeft hier geslapen, zei ik dan. ‘Hij heeft talkpoeder op het bureau gestrooid, wat een rare plek om je voeten neer te zetten!’ Dan vertelde een collega later dat het om restjes cocaïne ging.”
SEKSSPEELTJES
“Ook wordt er veel gestolen. Dat gebeurt dus echt niet alleen maar in stadshotels of op driesterrenkamers. Dienbladen met eten van roomservice die soms met halve porties er nog op worden achtergelaten, maar waar dan wel het bestek of het servet ontbreekt. En natuurlijk begrijp ik dat mensen hotelzeepjes en miniatuurflesjes shampoo meenemen. Zeker in dure hotels zijn het vaak setjes van luxe merken zoals Bvlgari of Hermès en vaak zijn de flesjes nog bijna vol. Zodra ze zijn aangebroken, worden ze hier toch weggegooid. Logisch dat mensen hun bodylotion of zeepje meenemen. Maar waarom sommige gasten zich halve hotelinterieurs toe-eigenen, snap ik niet. Handdoeken, badjassen, wijnglazen, föhns, paraplu’s en toiletmatten: er verdwijnt van alles. Tot aan kledinghangers en bedlampjes aan toe! Een keer is er zelfs een televisie meegenomen.
In tegenstelling tot verdwenen eigendommen, vergeten mensen ook regelmatig wat. Zo vond ik al twee keer een setje dumbells, trainingsgewichten. Ook seksspeeltjes worden geregeld achtergelaten, gebruikt en stinkend, al weet ik niet altijd zeker of dat per ongeluk is of expres. Het lijkt wel of rijke mensen het handiger vinden om gewoon nieuwe speeltjes te kopen dan om de boel goed schoon te maken. Maar het kan ook dat ze liever niets in hun koffer willen bij de douane. Ooit trof ik een enorme blauwe onderbroek achter de radiator. Dan blijf ik me rustig de hele dag afvragen wat er dat weekend allemaal gebeurd is in die kamer en hoe dat ding daar terecht is gekomen.
En naast vergeten spullen, meestal brillen, en diefstal uit onze kamers, zijn er natuurlijk ook gasten die zélf bestolen worden. Dat gebeurt zelden, want je kijkt wel uit. Als de directie erachter komt, word je op staande voet ontslagen. Maar het is wel vreselijk vervelend dat sommige gasten erop uit zijn. Zoals de veertiger in Hugo Boss-pak en met een Burberry-paraplu van alleen al vierhonderd euro. Verontwaardigd meldde hij zich bij de receptie. Er was een rugzak van zijn kamer gestolen. Hij had de tas met zijn laptop, iPod en fototoestel naast zijn koffer gezet, was weggegaan en toen hij een paar uur later wilde uitpakken, kwam hij erachter dat de tas verdwenen was. Het vervelende is dat er geen camera’s in de hotelkamers of in de hotelgang hangen. Wel zag de beveiliging bij controle van andere beelden dat meneer in de lift al zoekend rondkeek. Maar kijken naar een camera is natuurlijk geen vergrijp. Gelukkig weten veel mensen niet dat hotelsleutels gekoppeld zijn aan een registratiesysteem. Zo kan altijd nagekeken worden hoe laat een gast of personeelslid naar zijn kamer is gegaan. Bij controle van deze meneer bleek dat de deur vanaf de minuut dat hij vertrok niet was geopend. Maar natuurlijk kunnen we niet tegen de gast zeggen dat hij liegt. Uiteindelijk heeft een manager hem begeleid naar het politiebureau om aangifte te doen, ook al wisten we waar die meneer op uit was, namelijk het verzekeringsgeld. Ik was vreselijk opgelucht dat niemand van ons aantoonbaar in zijn kamer was geweest. Want ook al weet ik van mezelf dat ik goudeerlijk ben: het idee dat je onterecht verdacht wordt van een misdrijf, is afschuwelijk.”
VERWEND
“Helaas ben ik door mijn werk in privésituaties minder snel tevreden dan vroeger. In de stad voel ik aan stofjes van kleding en alleen als het net zo zacht voelt als de geschoren wol van de truien die ik soms verplaats, koop ik het. Boek ik met mijn vriend een vakantie, dan speur ik vooraf urenlang op websites als Tripadvisor naar verhalen en foto’s over het hotel. Als er staat dat de vitrage smoezelig is of dat er huidvet in het bad plakt, hoef ik er al niet meer heen. Ook kijk ik naar foto’s van douchegordijnen en let ik op slechte kitranden en rare spetters op de tegels. En als ik er ben, moet ik me inhouden om niet eerst zelf schoon te gaan maken. In duurdere hotels heb ik meer rust. Het is er meestal stukken schoner. Voor mijn vriend daarentegen is een bed een bed en elke douche met warm water voldoet. Dat lukt mij niet meer. En dus logeren we in hotels die eigenlijk boven ons budget liggen, omdat ik anders het gevoel heb dat ik in een gribuskamer zit. Dan is mijn vakantie bij voorbaat al verpest. Mijn vriend noemt mij dan liefkozend zijn kleine prinsesje. En dan voel ik me stiekem toch Jennifer Lopez uit de film.”
Dit interview stond eerder in GOOSCH / CLASSY
©EvelineKarman