Blog

Help, ik ben een letter geworden.

Laatst las ik een advertentie van iemand die een lesboek had geschreven. De titel was: ‘schrijf je boek in één week’. Mijn kaak zakte tot onder mijn navelpluis. En ja, ik moet zo’n wervende titel nuanceren en het gaat hier om schrijftips.
Maar toch.

Sinds augustus 2020 werk ik aan mijn tweede boek. Ook dit keer een (vrouwen)thriller. Het plotten duurde al twee maanden. Ik bedacht een hoofdpersoon (Emma) en vogelde uit wie zij is. Ik googelde foto’s tot ik een type vond waarvan ik dacht: dit kan haar zus zijn! Maar nog klopte het niet. Ik maakte Emma nét wat anders. Ik leerde wat ze op een vrije dag doet en wat ze het liefst op haar brood smeert. De eerste keer dat ik in een kledingwinkel een broek vasthield en dacht: deze zou Emma kopen, wist ik dat mijn personage geboren kon worden. Maar Emma was in het boek niet alleen. Ze heeft familie, vrienden, een beroep en dromen. Ook dat moest ik verzinnen. Uiteindelijk had ik iets bedacht maar helaas klopte de tijdlijn niet. Emma zou op haar dertiende al moeten zijn afgestudeerd. Dat moest dus anders. Terug naar de tekentafel. Ik had nog geen idee hoeveel hoofdstukken het moesten worden, of ik vertelde in de ‘ik-vorm’ of ‘zij-vorm’ of misschien vanuit de alwetende verteller en waarmee ik zou beginnen. In augustus 2020 schreef ik de eerste letters.
30.000 woorden gingen rap. Maar dat was nog niet de helft. Het leven ging door. Er kwam een slechte uitslag van mijn huisarts met daaropvolgend een operatie. Een familielid kwam met een ‘bommetje’ en ik moest hard aan de slag om als ZZP’er in coronatijd opdrachten in mijn ‘salarismandje’ te sprokkelen. Soms moest Emma wachten.
Intussen maakte ik stapels aantekeningen. Mooie zinnen schreef ik op een notitieblok. Een foto van Emma’s geboorteland sloeg ik op.
Ineens sloeg de twijfel toe. Schreef ik wel goed genoeg? Was het plot wel interessant? En kon ik niet beter de achtergrondsetting veranderen? Een personage nét wat gemener maken? Of misschien helemaal weghalen?
Intussen ben ik een flink eind met mijn manuscript. En daar is weer nieuwe twijfel. Is het verhaal niet kneuterig of te snel? Te langzaam misschien? Wacht de wereld wel op Emma of zijn er al genoeg Emma’s in omloop? Komen er sinds corona niet meer dan voldoende spannende boeken op de markt nu iedereen tijd heeft om te schrijven?
Het is een fantasie van velen. De voorovergebogen auteur, timmerend op het toetsenbord, af en toe geheimzinnig fronsend en de ene volzin na de andere creërend. De fantasieauteur mag soms ook even mijmerend met een kop thee voor het raam dromen. Om daar een nieuwe plotwending te verzinnen die nóg genialer is dan de vorige. Als dat af is, zendt hij zijn werk naar een uitgever die uiteraard jubelend terugbelt en dezelfde dag nog een miljoenencontract mailt.
Was het maar waar. Zelf hoop ik medio augustus 2021 mijn eerste versie klaar te hebben. Dan kan het naar proeflezers, want bij een uitgever krijg je maar één kans. Daarna ga ik herschrijven. Schrappen. Slijpen. En mócht ik het al durven insturen, dan begint het wachten op de uitgever. Die ALS er al interesse is, niets met het manuscript zal doen tot 2023, want ‘er zijn nog -tig wachtenden voor u’.
Intussen ben ik al ziljoen (dat is duizend keer miljoen verzin ik hier ter plekke) uren verder. Ik droom over Emma. Ik plot tijdens het autorijden. In de douche. Ik schrijf geen letters. Nee. Ik BEN letters geworden. En nee, ik zit niet voor mijn zolderraam met die kop thee in mijn leunstoel. Ik werk namelijk ook nog overdag. Als ik tenminste niet wéér aan Emma denk…

Mijn gekozen waardering € -